De woonbonus : Hoe zit het weer in elkaar?

25 oktober 2016

Over de “woonbonus” is er de laatste jaren heel wat inkt gevloeid. Naar aanleiding van de regionalisering van de woonfiscaliteit heeft ieder gewest immers de bevoegdheid gekregen om hervormingen door te voeren. Uiteraard zijn de hervormingen slechts van toepassing op nieuwe leningen, niet voor de lopende. Dit heeft als gevolg dat de “woonbonus” in Vlaanderen vandaag uit drie naast elkaar bestaande regelingen bestaat. Brussel hield tot nu toe vast aan de klassieke woonbonus, maar schaft de regeling af vanaf 2017. Wat betekent de “woonbonus” vandaag in Vlaanderen en in Brussel?

Woonbonus
Wat we in de volksmond de “woonbonus” noemen, heet eigenlijk de “belastingvermindering voor de enige en eigen woning”. Het gaat hier dus over een belastingvoordeel dat sommige kopers kunnen genieten wanneer ze een hypothecaire lening aangaan voor de aankoop (of het bouwen) van een woning. De hypothecaire lening moet minstens tien jaar lopen en moet aangegaan zijn voor de aankoop van de enige, eigen woning. Wanneer we in deze tekst gemakshalve spreken van “een” hypothecaire lening, dan bedoelen we een lening die voldoet aan deze voorwaarden.

Als je precies wil berekenen hoeveel je fiscale besparing per jaar bedraagt, dan moet je rekening houden met het hoogste belastingpercentage dat je betaalt op je inkomsten. Dat is tussen 30% en 50%. Dat percentage dien je vervolgens te vermenigvuldigen met het maximaal begrensd bedrag van de woonbonus. Deze maximale bedragen worden hieronder verder besproken.

Regeling in Vlaanderen: drie systemen naast elkaar
De “woonbonus” bestaat in Vlaanderen uit drie verschillende systemen of drie verschillende “generaties” woonbonussen.

Ben je een hypothecaire lening aangegaan tussen 2005 en 1 januari 2015? Dan geniet je vandaag nog steeds van de oorspronkelijk -meest gunstige- woonbonus. Dit betekent concreet een belastingvoordeel aan het hoogste belastingpercentage dat je betaalt op je inkomsten, van maximaal 2280 euro per persoon, dat verhoogd kan worden met 760 euro gedurende de eerste tien jaar van de lening, en daarbovenop verhoogd kan worden met 80 euro als je in het jaar volgend op het jaar waarin je de lening hebt afgesloten minstens drie kinderen hebt.

Kopers die eenzelfde hypothecaire lening hebben afgesloten in 2015 genieten nog steeds van de woonbonus, zij het wel in een “afgezwakte” vorm. Vanaf 2015 werd het belastingvoordeel immers beperkt tot het vast percentage van 40% en werd het maximaal aftrekbaar bedrag herleid naar 1520 euro per persoon. De hierboven besproken verhogingen (760 en 80 euro) bleven ongewijzigd

En wat met de kopers die vanaf 2016 een hypothecaire lening hebben afgesloten voor hun enige, eigen woning? Die genieten nog steeds van hetzelfde aftrekbaar bedrag en dezelfde verhogingen. Wel werd vanaf 2016 het toepassingsgebied van de woonbonus verruimd: ook mensen die reeds andere woningen in eigendom hebben, kunnen genieten van de woonbonus. De voorwaarde dat het moest gaan om de “enige” woning werd dus afgeschaft.

Een cadeautje van de fiscus? Niet zeker. Vroeger kon je immers leningen afgesloten voor de aankoop van een tweede gezinswoning in rekening brengen via de Vlaamse belastingvermindering voor langetermijnsparen, maar dat systeem heeft de fiscus afgeschaft. Afhankelijk van het geval, zou dat meer hebben opgeleverd voor de koper dan de bestaande “afgezwakte” woonbonus.

Opgelet, sluit je een lening voor de aankoop van een investeringspand of een vakantiewoning, dan kan je nog steeds genieten van de belastingverminderingen voor langetermijnsparen.

Brussel: nieuwe regeling vanaf 2017!
Brussel kent vandaag nog altijd de woonbonus zoals deze federaal werd geregeld: een belastingvermindering van maximaal 2280 euro per persoon met mogelijke vermeerderingen. Deze grensbedragen worden in Brussel nog steeds geïndexeerd.

Deze fiscaal aantrekkelijke regeling wordt voor leningen vanaf 1 januari 2017 afgeschaft, maar in tegenstelling tot Vlaanderen komt er géén nieuwe woonbonus. Als compensatie voor de woonbonus zal Brussel wel werken met een hoger abattement bij de aankoop van een woning vanaf 2017.

Wat is het abattement? Het abattement is een vermindering van de belastbare grondslag (de aankoopprijs van de woning) voor de heffing van registratierechten bij een aankoop. De eerste “schijf” van je belastbare grondslag wordt niet belast. Oorspronkelijk bedroeg deze belastingvrije schijf in Brussel 60.000 euro. Het abattement wordt vanaf 2017 verhoogd naar 175.000 euro. Voorwaarde is wel dat de aankoopprijs van de woning niet meer dan 500.000 euro bedraagt.

Welke maatregel nu het meest gunstig is -de woonbonus of een verhoogd abattement- hangt van verschillende factoren af, zoals bijvoorbeeld de duurtijd van de lening. Wel zeker is dat het Brusselse systeem zorgt voor een onmiddellijk voelbaar voordeel bij de aankoop van een woning, terwijl het Vlaamse systeem kiest voor “gespreid” voordeel over de jaren heen.

De woonbonus bestaat vandaag uit verschillende systemen afhankelijk van het gewest waarin je een woning koopt. De woonbonus waarvan je als koper geniet hangt rechtstreeks af van het jaar waarin je een hypothecaire lening hebt afgesloten. In Brussel wordt de woonbonus vanaf 2017 afgeschaft, maar kopers zullen in Brussel wél kunnen genieten van een verhoogd abattement.

Bron: Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat