Als ouders of (over)grootouders bepaalde goederen schenken in neergaande lijn aan hun kind of (achter) kleinkind, en het kind overlijdt vóór de schenker, keert de schenking terug naar het vermogen van de (groot)ouders.
In principe zullen de (groot)ouders géén erfbelasting moeten betalen op deze “geschonken” goederen. Opdat de vrijstelling zou kunnen gelden, moet dan wel aan elk van de onderstaande voorwaarden tegelijk voldaan zijn:
- De goederen moeten geschonken zijn vóór het overlijden van het kind.
- De goederen moeten ofwel zelf nog in natura aanwezig zijn in de nalatenschap, ofwel, als de goederen al werden vervreemd, moet hiervoor nog een schuldvordering in de nalatenschap aanwezig zijn.
- Het vooroverleden kind heeft zelf geen nakomelingen op het ogenblik dat het is gestorven.
Deze vrijstelling is niet automatisch van toepassing. In de aangifte van nalatenschap moet er uitdrukkelijk verzocht worden naar de toepassing van dit artikel. De terugkeer van de geschonken goederen kan ook conventioneel afgesproken worden. Dan keert de schenking eveneens belastingvrij terug in het vermogen van de schenker, zelfs als bepaalde bovenvermelde voorwaarden niet vervuld zijn.