Hoe kunnen samenwonenden hun rechten ten opzichte van elkaar regelen?
21 mei 2018
Trouwen is vandaag de regel niet meer. Een cijfervoorbeeld kan dat alvast duidelijk maken: in maart 2018 werden er in Vlaanderen 2.576 huwelijken afgesloten tegenover 3.692 wettelijke samenwoningen[1]. Wettelijk samenwonenden moeten volgens de wet bijdragen in de lasten van het samenleven, elk naar evenredigheid van hun mogelijkheden. Ze zijn ook samen hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden die gemaakt worden ten behoeve van hun kinderen. Voor feitelijk samenwonenden bestaan er geen wettelijke regels. Maar zijn samenwonenden iets tegenover elkaar verschuldigd? Het antwoord is – volgens de wet - nee. In tegenstelling tot gehuwden hebben wettelijk samenwonenden geen hulpplicht tegenover elkaar.
Toch wat financiële afspraken regelen? Stel een samenlevingsovereenkomst op!
“Wettelijk samenwonen” en een “samenlevingsovereenkomst” zijn begrippen die vaak door elkaar gehaald worden. Wettelijk samenwonen is een samenlevingsvorm die tot stand komt door een verklaring af te leggen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand. Deze verklaring is verplicht indien je wettelijk wilt samen wonen. Doe je dit niet, dan woon je louter feitelijk samen. Een samenlevingsovereenkomst daarentegen is een document dat je als feitelijk of wettelijk samenwonende kan opstellen om bepaalde aspecten van je samenleving te regelen. Het is niet verplicht, maar het is voor samenwonenden zeker een aanrader.
Met een samenlevingsovereenkomst kunnen samenwonenden bepaalde afspraken maken met betrekking tot hun vermogen, hun financiële bijdragen in het samenleven of nog hun beslissingsbevoegdheden met betrekking tot bepaalde zaken en goederen. Meer concreet kunnen samenwonenden bijvoorbeeld afspreken hoeveel ze elk zullen storten op een rekening of wie welke schulden voor zijn rekening neemt. Ze kunnen op papier zetten welke goederen van wie zijn. Daarnaast kunnen ze ook afspreken dat de gezinswoning bv. niet verkocht mag worden zonder dat ze hiermee beiden akkoord mee gaan (belangrijk in het geval slechts één van partners eigenaar is van de woning). Koppels die op een worst case scenario anticiperen, kunnen zelfs bepalingen opnemen over een eventuele tijdelijke alimentatieregeling ingeval van breuk.
Vergeet bovendien niet dat samenwonenden niet altijd koppels zijn. Vrienden kunnen jarenlang samenwonen in een gehuurd pand of in een woning dat eigendom is van één van hen. Bij een huurovereenkomst moeten ook bepaalde financiële regelingen getroffen worden, bv. met betrekking tot opzegvergoedingen en de huurwaarborg. Ook hier kunnen samenlevingsovereenkomsten tussen vrienden een vorm van zekerheid bieden, vooral voor de samenwonende die de huurovereenkomst heeft ondertekent en aansprakelijk is tegenover de verhuurder.
Hulp en bijstand: self-service voor samenwonenden
Feitelijk en wettelijk samenwonenden mogen dan wel onderworpen zijn aan andere juridische regels dan de gehuwden, heel vaak is de samenwoning zélf en alles wat erbij komt kijken tussen de verschillende samenlevingsvormen gelijklopend: samenwonenden die al jaren samenleven delen ook goederen, kopen samen ook een woning, verbinden zich samen ook tot overeenkomsten, moeten bepaalde kosten ook financieren en ook samenwonenden worden met dezelfde pijnlijke momenten geconfronteerd als gehuwden. Een breuk, een overlijden, een ziekte, een ongeval, een faillissement… Elk koppel kan het meemaken, ongeacht de samenlevingsvorm waarvoor ze hebben gekozen. Vandaar het belang dat ook feitelijk en wettelijk samenwonende koppels even stilstaan bij hun verplichtingen en hun rechten tegenover elkaar… Vergis je niet, een samenlevingsovereenkomst kan méér zijn dan louter een document met praktische afspraken. “Hulp en bijstand” mag dan wel wat archaïsch klinken in de wet, in de praktijk heeft deze schijnbaar simpele bepaling verregaande gevolgen voor koppels, vooral op sociaalrechtelijk vlak. Zo hebben zowel de feitelijk als de wettelijk samenwonenden géén recht op alimentatie na een echtscheiding. Echtgenoten hebben dat wel. Zowel feitelijk als wettelijk samenwonenden hebben ook géén recht op een overlevingspensioen bij overlijden van hun partner. Echtgenoten hebben dat wel. Sterft één van partners aan een beroepsziekte of een arbeidsongeval? Dan hebben in principe enkel gehuwden recht op een “overlijdensbijslag”. Er zit dus wel degelijk wat meer in die paar woorden “hulp en bijstand”…
Een samenlevingsovereenkomst opstellen met oog op het regelen van een minimale vorm van solidariteit tussen de samenwonenden is met andere woorden in veel gevallen geen overbodige luxe. Wist je trouwens dat de wetgeving met betrekking tot beroepsziekten en arbeidsongevallen enkel een overlijdensbijslag toekent aan wettelijk samenwonenden koppels die 1) een samenlevingsovereenkomst hebben opgesteld én 2) een wederzijdse hulpplicht tegenover elkaar hebben bedongen in deze overeenkomst? Feitelijk samenwonende koppels waarvan één van de partners een risicoberoep uitoefent zijn daarentegen aangewezen op verzekeringen.
Hoe stel ik een samenlevingsovereenkomst op?
Koppels kiezen hoever ze gaan in hun samenlevingsovereenkomst. Feitelijk samenwonenden mogen naar de notaris gaan om een samenlevingsovereenkomst op te stellen, maar ze mogen dat zelf ook onderling op papier zetten. Wettelijk samenwonenden moeten verplicht naar de notaris gaan. De notaris zal er op toezien dat de afspraken die de wettelijk samenwonenden maken, stroken met de regels die beschreven staan in de wet.
Vergeet ook niet dat je niet alles mag en kan regelen in een samenlevingsovereenkomst. Zo kunnen partners hun persoonlijke vrijheid ten opzichte van elkaar niet beperken. Ook afspraken over erfenissen horen niet thuis in een samenlevingsovereenkomst. Bepalingen met betrekking tot erfenissen in een samenlevingsovereenkomst zullen nietig zijn. Heb je vragen over het erfrecht van je partner? Dan spreek je best een notaris aan. Hij zal je op weg helpen.
[1] Cijfers van www.ibz.rrn.fgov.be/nl/bevolking/statistieken-van-bevolking/
Bron: Fednot