Een appartement kopen

Appartementbewoners komen in alle geuren en kleuren voor: jonge koppels die juist samenwonen, oudere mensen, zaakvoerders die boven hun zaak willen wonen… Wonen in een appartement heeft dan ook een aantal voordelen: oudere mensen moeten niet steeds de trappen op en af, jonge koppels kunnen dicht of in het centrum wonen en hoeven geen tuin te onderhouden en investeerders kunnen een appartement gemakkelijk verhuren aan een breed doelpubliek.

Als je een appartement koopt, zijn er specifieke zaken die je voor ogen moet houden. Je bent immers méér dan gewoon eigenaar van je woning als je een appartement koopt; Je bent ook mede-eigenaar van een gebouw, en dat heeft zo zijn gevolgen. Je zal moeten bijdragen in bepaalde zaken. De gemeenschappelijke delen in het gebouw moeten ook beheerd en onderhouden worden. Daarbij zal het maken van sommige kosten noodzakelijk zijn. Misschien dat er in het appartementsgebouw zelfs werken moeten gebeuren.

Als mede-eigenaar is het van belang om bewust te blijven het collectieve aspect van een gebouw. Daarbij is het handig om een basiskennis te krijgen van sommige begrippen en regels.

 

 

Wat is een mede-eigendom?

Een mede-eigendom heb je wanneer het eigendomsrecht op één en hetzelfde goed opgesplitst wordt tussen verschillende personen. Het goed behoort “in onverdeeldheid” toe aan de mede-eigenaars. Elk hebben ze een abstract breukdeel van het goed in eigendom.

Mede-eigendom komt in de praktijk veel voor, zowel in gewone, vrijwillige- als in onvrijwillige vorm.

De aankoop van een appartement in een gebouw waarbij de koper ook mede-eigenaar wordt van de gangen, de lift, de trappen… is een voorbeeld van “onvrijwillige” mede-eigendom. Waarom “onvrijwillig”? Omdat de eigenaars van de appartementen de verdeling van bijvoorbeeld de lift of de gang niet kunnen vorderen. Die zaken kunnen niet verdeeld worden.

Een voorbeeld van vrijwillige mede-eigendom vinden we bijvoorbeeld wanneer een koppel of verschillende mensen beslissen om samen een goed te kopen. Dan zijn zij beide eigenaars “in onverdeeldheid”.

Mogen de partners deze ‘onverdeeldheid’ opzeggen? Het antwoord hangt af van de vraag of de onverdeeldheid van bepaalde, dan wel van onbepaalde duur was:

  • Bij een onverdeeldheid van bepaalde duur (bv. het samen mede-eigenaar zijn een woning ‘zolang de samenwoning standhoudt’) is  er in principe geen vervroegde opzegmogelijkheid door één van de partners;
  • Bij een onverdeeldheid van onbepaalde duur (bv. als de partners geen verdere afspraken hebben gemaakt) bestaat er een wettelijke mogelijkheid voor elk van de onverdeelde eigenaars om de overeenkomst waarbij de onverdeeldheid tot stand kwam, op te zeggen. Dit laatste kan mits het respecteren van een redelijke opzeggingstermijn (maximum 5 jaar), die door de partijen wordt overeengekomen.

Geraken de partijen er zelf niet aan uit, dan beslist de Rechter, rekening houdende met een aantal factoren: 

- de door de partijen reeds gemaakte kosten,

- het voortbestaan van de doorslaggevende beweegreden die partijen ertoe heeft aangezet om de vrijwillige mede-eigendom tot stand te brengen en

- het nadeel dat uit de beëindiging voor de andere deelgenoot voortvloeit. 

Soms is er ook sprake van een gewone of “toevallige” mede-eigendom. Dat is bijvoorbeeld het geval bij het overlijden van een persoon. Zolang er nog geen verdeling heeft plaatsgevonden, zijn de erfgenamen elk mede-eigenaars van de “onverdeelde” nalatenschap. Mede-eigenaars kunnen altijd de verdeling  vorderen, behalve als ze in onderling akkoord hebben afgesproken om dat gedurende een tijdje niet te doen.