Het nieuwe vennootschapsrecht: 4 dingen die je best onthoudt
29 april 2019
Vanaf 1 mei 2019 is het zover: de wereld van de vennootschappen wordt grondig door elkaar geschud. Er duiken nieuwe vennootschapsvormen op, het kapitaalbegrip voor BV’s en CV’s verdwijnt, er komt een soepelere regeling van stemrechten en aandelen en er gelden nieuwe regels voor wie vermogen uit de vennootschap wil halen … De nieuwe regels zijn ingrijpend voor ondernemers, zoveel is duidelijk. Maar het nieuwe vennootschapsrecht biedt ook kansen en mogelijkheden. Wij selecteren de vier belangrijkste veranderingen.
1. Nog maar vier vennootschapsvormen
Vroeger was er een wirwar aan vennootschapsvormen. Vanaf 1 mei 2019 bestaat het vennootschapslandschap uit een nieuwe ‘Big Four’.
Bestaande vennootschappen worden omgezet naar één van deze vormen. Nieuwe vennootschappen hebben keuze uit:
- De BV (de besloten vennootschap):
De oude BVBA verdwijnt en maakt plaats voor de flexibelere BV. Dit is dé ‘basisvennootschapsvorm’ bij uitstek. Vooral oprichters van kleine en middelgrote ondernemingen zullen de BV smaken. Er zijn weinig dwingende regels. En dankzij de grote speelruimte in de statuten werken ondernemers voortaan met een vennootschap ‘op maat’. Zo krijgen ze de mogelijkheid om de stemrechten los te koppelen van de waarde van de aandelen. Handig voor wie de onderneming wil overdragen zonder (volledig) zeggenschap te verliezen.
- De maatschap, met zijn twee varianten (de V.O.F en de Comm.V):
De maatschap is de enige vennootschapsvorm zonder rechtspersoonlijkheid. Door haar eenvoudige oprichting is deze vorm ideaal in het kader van successieplanning. Maar ook wanneer bv. meerdere professionelen samen een tijdelijk project willen uitvoeren. De varianten van de maatschap (V.O.F en Comm.V) hebben wél rechtspersoonlijkheid.
- De CV (de coöperatieve vennootschap):
Speciaal voor de vennootschappen die echt een coöperatief ideaal nastreven is er de CV. Dat verklaart ook meteen waarom deze vorm altijd drie oprichters vereist. Het doel? Voldoen aan de behoeften van de aandeelhouders en/of hun economische en/of sociale activiteiten ontwikkelen. Denk bijvoorbeeld aan een groep buurtbewoners die samen willen investeren in milieuvriendelijke energiebronnen in de buurt.
- De NV (de naamloze vennootschap):
De NV blijft de vennootschapsvorm voor ondernemingen van een zekere omvang waarbij kapitaal aantrekken primeert. Het nieuwe vennootschapsrecht werkt bepaalde starre regels met betrekking tot het bestuur weg. Voortaan volstaat één oprichter om een NV op te richten.
2. De verplichte inbreng van een minimumkapitaal valt weg bij de BV en de CV
Je bent vanaf 1 mei 2019 niet langer verplicht om het minimumkapitaal van 18.550 euro op tafel te leggen om een vennootschap op te richten. Het kapitaalbegrip valt met andere woorden volledig weg. Kan je dan zomaar zonder kapitaal een vennootschap oprichten? Nee.
De vennootschap moet bij de start nog altijd genoeg eigen vermogen hebben om haar activiteiten uit te voeren. Een ‘toereikend aanvangsvermogen’ – gesteund op een uitgewerkt financieel plan – blijft dus van belang.
Er gelden ook strenge regels wanneer je een stukje vermogen uit je vennootschap haalt. Om een dividend uit te keren, moet het bedrijf eerst een balans- en liquiditeitstest doorstaan. Na de uitbetaling van het dividend:
- mag je eigen vermogen niet negatief worden;
- moet je alle opeisbare schulden van de komende 12 maanden kunnen betalen.
3. Arbeid en knowhow in ruil voor aandelen
Geen geld of goederen om in je vennootschap in te brengen? Dit hoeft niet altijd een probleem te zijn. In de toekomst kan een oprichter – onder controle van een revisor – ook arbeid en knowhow inbrengen in ruil voor aandelen.
Als die arbeid om één of andere reden opgeschort wordt, vervallen (tijdelijk) de rechten die verbonden zijn aan de aandelen.
Het nieuwe vennootschapsrecht houdt dus rekening met onze continu evoluerende maatschappij waarbij ondernemers dankzij hun kennis en expertise waardevolle producten op de markt brengen. Denk maar aan de vele apps die de voorbije jaren zijn ontwikkeld.
4. Wijziging van de statuten: verschillende deadlines
Ondernemers krijgen tijd om de veranderingen te verteren, advies in te winnen en hun statuten op orde te stellen bij een notariskantoor.
- Nieuwe vennootschappen vallen vanaf 1 mei 2019 onder de nieuwe regeling.
- Bestaande ondernemingen mogen vanaf 1 mei 2019 gebruik maken van de nieuwe regels (‘opt-in’).
- Vanaf 1 januari 2020 gaan de nieuwe vennootschapsregels voor bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen daadwerkelijk in. Vanaf die datum moet je de statuten laten aanpassen om deze in overeenstemming te brengen met nieuwe wetgeving.
- 31 december 2023 is de uiterste deadline. De rechtsvorm van jouw vennootschap neemt dan automatisch één van de nieuwe rechtsvormen aan. Zijn je statuten niet tijdig aangepast? Dan ben je als bestuurder persoonlijk aansprakelijk voor de potentiële schadelijke gevolgen. Bovendien speelt de automatische omzetting naar een rechtsvorm misschien in jouw nadeel…
Meer informatie over de nieuwe regels? Bekijk dan zeker deze brochure of hou deze handige infofiche bij de hand!
Bron: Fednot