Je schenkt iets aan je kind en door ziekte of ongeval komt jouw kind voor jou te overlijden.

25 maart 2019

Wat gebeurt er dan met de geschonken goederen?

Wat de wet zegt…
De wetgever heeft met deze tragische mogelijkheid rekening willen houden en voorziet in het principe van ‘de wettelijke terugkeer’. In dat geval zijn het de ouders-schenkers, met uitsluiting van alle anderen, die de door hen geschonken goederen aan hun kind dat zonder nakomeling voor hen is komen te overlijden, zullen erven.

De geschonken goederen komen volgens de wet dus automatisch naar de ouders terug als het begiftigde kind voor de ouders overlijdt.

De voorwaarden
Sinds een aantal jaren moeten de ouders die het geschonken onroerend goed ‘terug verwerven’ uit de erfenis van hun eigen kind geen erfbelasting meer betalen. Aan die vrijstelling zijn wel een paar voorwaarden verbonden:

  • Ten eerste geldt de vrijstelling enkel voor de ouders;

  • De goederen moeten zich nog in natura in de nalatenschap bevinden (het kind mag zijn geschonken goed bv. nog niet verkocht hebben);

  • de erflater (het kind in dit geval) moet kinderloos vooroverleden zijn. Heeft het begiftigde kind zelf kinderen, dan blijft het door de ouders geschonken goed gewoon in de erfenis van het kind en zal het volgens de normale regels geërfd worden door de erfgenamen van het begiftigde kind (de kleinkinderen dus);

  • In de aangifte van nalatenschap moet uitdrukkelijk om de vrijstelling verzocht worden.

Conventioneel beding van terugkeer
Naast het wettelijk systeem bestaat de mogelijkheid om in de schenkingsakte een ‘conventioneel beding van terugkeer’ in te bouwen. De wet laat dit uitdrukkelijk toe en stelt dat de schenker ten aanzien van de geschonken goederen het recht van terugkeer kan bedingen. Zo’n beding kan uitwerking hebben hetzij in het geval van vooroverlijden van het begiftigde kind alleen, hetzij in het geval van vooroverlijden van het begiftigde kind en zijn afstammelingen. De schenker kiest zelf hoe ver hij gaat.

Met zo’n conventioneel beding in de schenking bereikt men hetzelfde als wat de wetgever wettelijk heeft geregeld: de terugkeer van het geschonken goed naar de schenker.  Ook hier zal er geen erfbelasting betaald moeten worden.

Waarom een beding voorzien, indien de wet al één en ander regelt?
Het is nuttig om een beding van conventionele terugkeer te voorzien, voor het geval er niet aan de voorwaarden voor de wettelijke terugkeer voldaan zou zijn. Dit kan bijvoorbeeld zijn omdat het goed zich niet meer in natura in de nalatenschap bevindt of omdat het kind zelf niet kinderloos overlijdt. Met een goed geformuleerd beding is de schenker zeker dat hij recht zal hebben op het geschonken goed.

Heel vaak worden conventionele bedingen van terugkeer “optioneel” gemaakt. Dan kan de ouder zelf kiezen of hij het goed terugneemt of niet. Zo zou de ouder die de schenking heeft gedaan, kunnen kiezen om het geschonken goed toch niet terug te nemen, zodat zijn schoondochter en kleinkinderen verder van het goed kunnen genieten.

Bron: Fednot