Moet je je stiefkinderen onderhouden?

11 januari 2022

De maatschappij is sterk veranderd. Kinderen wonen niet alleen bij hun ouder, maar vaak ook bij zijn of haar nieuwe partner. We spreken dan van een stiefouder of een ‘plusouder’. Plusouders hebben geen rechtstreekse verplichting om de pluskinderen te onderhouden, maar er zijn op dat vlak toch een aantal aandachtspunten.

Meebetalen voor de opvoeding?

De voetballessen, de maaltijden thuis, kleren of medische kosten… wonen met kinderen gaat gepaard met een aantal kosten. Een ‘plusouder’ heeft geen rechtstreekse onderhoudsplicht ten aanzien van zijn pluskind. Maar gehuwden hebben wél een plicht om bij te dragen in de lasten van het huwelijk. Voor wettelijk samenwonende partners geldt een gelijkaardige verplichting: zij moeten bijdragen in de lasten van het samenleven. Zolang een stiefkind nog bij zijn ouder inwoont, vallen de kosten van de opvoeding en het levensonderhoud daarbij. Een stiefouder heeft dus wel degelijk een financiële verplichting, maar deze verplichting vloeit voort uit zijn huwelijk of wettelijke samenwoning.

Assepoester

In een specifiek geval geldt wél een rechtstreekse onderhoudsverplichting ten aanzien van een pluskind. Na het overlijden van de ouder van het kind bestaat in hoofde van de plusouder een plicht tot levensonderhoud van het stiefkind. Maar deze plicht is beperkt tot wat de stiefouder erfde van de ouder of toegekend kreeg via een huwelijkscontract of een schenking. Voor de overlevende partner die wettelijk samenwoonde met de overleden ouder geldt dezelfde verplichting.

Pluskinderen krijgen in zo’n geval dus een persoonlijke vordering ten opzichte van hun plusouder. De ‘assepoesterregel’ zoals dit wel eens wordt genoemd, geldt zowel voor de langstlevende gehuwde partner als voor de langstlevende wettelijk samenwonende partner.

En wat bij een adoptie?

Soms wil een stiefouder verder gaan dan louter onderhouden. Sommige plusouders willen hun pluskind iets nalaten, zelfs al voorziet de wet dat niet. Dat kan op verschillende manieren. De notaris kan de plusouder bijvoorbeeld adviseren en begeleiden bij het schenken of het nalaten via een testament. 

Een andere mogelijkheid is om over te gaan tot een adoptie. De plusouder kan kiezen voor een gewone dan wel een volle adoptie. Met een ‘gewone adoptie’ krijgt het stiefkind eerder een bijkomende afstammingsband, naast de oorspronkelijke afstamming. Het pluskind behoudt de banden met de oorspronkelijke familie. Hij zal nog altijd van hen kunnen erven.

Als gevolg van de adoptie verkrijgt het daarnaast dezelfde rechten in de nalatenschap van de adoptant-plusouder als de andere kinderen. Hetzelfde geldt voor de afstammelingen van het pluskind. Het pluskind zal echter niet erven van de bloedverwanten van zijn adoptant-plusouder.  De gewone adoptie kan zowel bij minderjarige als meerderjarige stiefkinderen.

Minder voorkomend is de volle stiefouderadoptie waarbij de juridische afstammingsband met de andere biologische ouder volledig wordt doorknipt. Het kind wordt bij een volle adoptie volledig gelijkgesteld met de biologische kinderen van de plusouder.  Hij krijgt dezelfde rechten en plichten en kan dus bv. ook erven van de bloedverwanten van zijn plusouder. Let wel, de volle adoptie is enkel toepasselijk op minderjarigen. Is het kind meerderjarig, dan zal enkel de gewone adoptie mogelijk zijn.

Bron: Fednot