Samenwonen versus getrouwd zijn: wat als je samen een huis koopt?
6 september 2023
Af en toe hoor je wel eens dat een huis kopen wanneer je al getrouwd bent “voordeliger” zou zijn naar later toe. We kunnen alvast één misverstand uit de wereld helpen: een huis kopen kan je perfect veilig doen als samenwonenden. Maar het klopt wel dat de regels er wat anders uitzien. We bekijken de verschillende scenario’s.
Feitelijk samenwonen
Woon je feitelijk samen en koop je het huis in gelijke delen, dan ben je elk mede-eigenaar. Ga je uit elkaar, dan behouden jullie elk jullie deel. Komt één van jullie te overlijden en hebben jullie niets bijkomend geregeld, dan behoudt de overlevende uiteraard zijn deel van de woning, maar de andere helft gaat naar de erfgenamen van de overledene. Dit zijn in eerste instantie de kinderen (als er kinderen zijn), maar bij een kinderloos koppel gaat dit naar de ouders, broers of zussen van de overledene. De samenwonende partner erft wettelijk gezien niets. Dit is een gevaarlijke situatie, want het betekent dat de kans groot is dat de overlevende partner niet in zijn of haar woning kan blijven wonen.
Wettelijk samenwonen
Bij een wettelijke samenwoning geldt in principe dezelfde regel: elk behoudt zijn deel mede-eigendom. Het grote verschil is hier dat je als wettelijk samenwonende partner wél enige bescherming geniet. Het deel van de overleden partner gaat in blote eigendom naar zijn erfgenamen, maar als overlevende wettelijk samenwonende partner heb je wel het vruchtgebruik van de woning. Je kan dus heel je leven in de woning blijven, de erfgenamen moeten dat dulden.
Getrouwd
Gehuwden genieten van meer bescherming. Hadden jullie al een woning gekocht voor de datum van jullie huwelijk, dan zijn jullie mede-eigenaars. Wel zal de notaris in de aankoopakte kunnen voorzien dat het huis automatisch in jullie ‘gemeenschappelijk vermogen’ terechtkomt op datum van jullie huwelijk. Getrouwde koppels die een woning kopen tijdens hun huwelijk zijn meer dan gewoon mede-eigenaars. De woning komt automatisch in het ‘gemeenschappelijk vermogen’. Een soort van gemeenschappelijke pot, waarover je als gehuwde partner verschillende regelingen kan uitwerken. Gaat het bijvoorbeeld om een woning waar nog veel renovatiewerken aan zijn waar jij en je partner zullen toe bijdragen, dan kan zo’n gemeenschappelijk vermogen wel handig zijn. Het bespaart heel wat rekenwerk.
Bijkomende regelingen
Voor samenwonende partners zal de notaris in de praktijk vaak aanraden om een bijkomende regeling te voorzien voor het geval één van jullie twee zou overlijden. Dat kan met een testament, of de notaris kan voorstellen om met een zogenaamd aanwasbeding te werken. Dat tweede is een extra overeenkomst waarbij bepaald wordt dat het deel van je overleden partner automatisch bij jou terechtkomt bij zijn overlijden, zonder dat het deel uitmaakt van zijn erfenis. Dit geeft veel zekerheid aan de overlevende partner, want de woning is dan volledig zijn of haar eigendom. Erfgenamen kunnen er niet aan raken. Er hangt echter wel een fiscaal prijskaartje aan vast: als overlevende partner betaal je belastingen op het deel dat je verkrijgt. Vandaar dat de notaris zo’n aanwasbeding vaak optioneel maken, in combinatie met een testament. Met een testament kan je ook volle eigendomsrechten over de woning toekennen aan de overlevende partner. Dit is een fiscaalvoordelige oplossing, want volgens de wet betaalt de samenwonende partner geen successierechten op de gezinswoning, indien je met je partner drie jaar ononderbroken samenwonende. Verlies je dus je partner, dan kan je kiezen op welke manier je het eigendomsrecht verkrijgt.
Huwelijkscontract
Bij gehuwden kan één en ander geregeld worden via een huwelijkscontract. Zo kan de overlevende huwelijkspartner kiezen om de woning in volle eigendom te erven, dankzij een ‘keuzebeding’. De partner kiest dan zelf wat hij in volle eigendom erft, en wat hij in slechts in ‘blote’ eigendom nalaat
aan de kinderen. Zo’n keuzebeding is dus handig voor koppels die van mening zijn dat de overlevende partner eerst moet erven, en de kinderen pas later aan de beurt zijn.
Spreek erover met je notaris
Zo zie je maar, voor elke samenlevingsvorm kan je een extra regeling uitwerken bij de notaris. Niemand denkt natuurlijk graag aan situaties waarbij het minder gaat zoals een breuk of een overlijden. Vooral niet op zo’n gelukkig moment als bij de aankoop van een huis. Toch moet je erbij stilstaan. Durf dus alle vragen te stellen aan de notaris en schuif een bijkomende regeling niet op de lange band. Het gaat vaak om een kleine juridische ingreep die een wereld van verschil kan maken.
Bron: Fednot