Wetgever stelt objectieve criteria op voor onderhoudsbijdrage voor de kinderen (alimentatie)
3 augustus 2010
Bij een echtscheiding leidt de bepaling van de onderhoudsbijdrage voor de kinderen vaak tot onvrede en ellenlange discussies. De wetgever heeft nu een nieuwe regeling op punt gesteld - artikel 1321 - die de berekening van het onderhoudsgeld zo veel mogelijk moet objectiveren door duidelijke criteria. Daarbij wordt uiteraard zo veel mogelijk rekening gehouden met de behoeften van het kind, die voor elk kind anders zijn en met de inkomsten en mogelijkheden van beide ouders.
Die inkomsten slaan overigens niet alleen op het salaris, maar ook op activa die eigendom zijn van een vennootschap, huurgelden, maaltijdcheques, uiterlijke tekens van welstand enz. Ook niet-financiële inspanningen (Wie brengt het kind elke ochtend naar school? Wie zorgt voor na-schoolse opvang? Wie neemt de administratieve taken op zich?) moeten vanaf nu in overweging genomen worden.
Nieuw is verder dat de bijdragen van rechtswege worden aangepast aan het indexcijfer. De rechter kan naar eigen inzicht echter ook een andere berekeningsformule opleggen voor een aanpassing. In het belang van het kind kan de rechter ook, op verzoek van één van de partijen, de bijdrage verhogen in de door hem bepaalde omstandigheden.
Een andere nieuwe bepaling is de zogenaamde ‘kinderrekening’. De beide ouders kunnen verplicht worden zo’n rekening te openen waarop ze elke maand een bepaald bedrag moeten storten.
De nieuwe wet trad in werking op 1 augustus 2010.
Bron: Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat