Registratierechten of btw?
In sommige gevallen moet je bij een aankoop geen registratierechten betalen, maar wel btw.
In sommige gevallen moet je bij een aankoop geen registratierechten betalen, maar wel btw.
Bij de aankoop van een onroerend goed, en dus ook van een stuk grond, moeten er registratierechten betaald worden. Dat zijn belastingen die de notaris moet innen om ze vervolgens door te storten naar de overheid. In ieder gewest moet je registratierechten betalen bij de aankoop van een onroerend goed. In Vlaanderen bedraagt die registratiebelasting voor de aankoop van een grond 12% (voor een enige eigen woning bedraagt de registratiebelasting 2%) en in Brussel 12,5%.
In sommige gevallen zal een koper geen registratierechten moeten betalen op de aankoop van een woning, maar wel btw. Dat is zo wanneer de woning nieuw is. In dat geval heeft de verkoper de keuze om de woning met toepassing van btw te verkopen, behalve als hij daar beroepshalve toe verplicht is.
Om te weten of een woning “nieuw” is, moet je kijken naar de datum van de eerste ingebruikname of bewoning (zowel voor privégebruik als professionele doeleinden). Wanneer een woning uiterlijk op 31 december van het tweede jaar volgend op de eerste ingebruikname (of inbezitneming) wordt geleverd, is de woning nieuw.
Voorbeeld: op 15 februari 2018 verhuist familie Janssens naar hun nieuw gebouwde woning, die net is opgeleverd. Ze zijn de eerste inwoners van het pand. De woning wordt als “nieuw” beschouwd tot 31 december 2020. Na 31 december 2020 wordt de woning niet meer beschouwd als “nieuw”. Indien familie Janssens na deze datum de woning wil verkopen, zal ze geen btw meer kunnen aanrekenen. Dan moeten de nieuwe kopers slechts registratierechten betalen.
Ook een “oud” gebouw kan onderworpen zijn aan btw. Indien verbouwingswerken de kenmerken of de structuur van het gebouw wezenlijk hebben gewijzigd, kan het gebouw als “nieuw” beschouwd worden en zal er btw worden geheven in plaats van registratiebelasting. Of de kenmerken van een gebouw werden gewijzigd is een feitelijk gegeven, dat niet altijd even gemakkelijk kan worden vastgesteld. Daarom bestaat er nog een tweede criterium: indien de waarde van de verbouwingswerken minstens 60% bedraagt van de verkoopwaarde van het gebouw (zonder de grond), zal er eveneens btw geheven worden.